Een voorbeeld uit de zorg: de beschikbaarheid van acute zorg in een regio wordt binnen een netwerk opgepakt. In dezelfde regio is er een netwerk dat zich richt op personele tekorten in de zorg. Hoewel het niet dezelfde doelstellingen zijn, is er in de huidige context (personeelstekorten, die zullen stijgen) een duidelijke gemeenschappelijkheid. De netwerken zijn beiden uit een andere ‘why’ ontstaan, en hebben beide een eigen expertise en netwerk opgebouwd.
Lerende netwerken
Vorig jaar schreef ik een artikel (link) over lerende netwerken. Ik sloot dit artikel af met:
Het aantal netwerken groeit en netwerken overlappen elkaar vaak. Daardoor kan een lappendeken ontstaan en kunnen doelstellingen elkaar in de weg zitten. Helaas zie ik soms een concurrerende dynamiek ontstaan tussen netwerken onderling.
Vraagt dit om een regioregisseur? Centrale regie van een overheid, lijkt niet direct in de gedachte van co-creatie en lerende netwerken te passen. Wellicht kan digitalisering hierbij nog een oplossing bieden. Een goede start zou zijn wanneer netwerken die een link met elkaar hebben, hun stip op de horizon met elkaar afstemmen en best practices uitwisselen. Hoe mooi zou het zijn om de netwerken hier in een lerend netwerk in co-creatie mee aan de slag te laten gaan?
De casus
Even terug naar de casus: het is zeer de vraag of het zinvol is wanneer deze twee netwerken debatteren wat bij wie hoort (en wie wat hoort te financieren en aan te jagen). Toch is dat de eerste reflex. Bij mezelf als adviseur bemerk ik (ook) een eerste reactie om te structureren en organiseren. Mijn generatie is gewend aan organogrammen en structuren, wat moet leiden tot beheersbaarheid.
Omdat organisaties niet meer alleen de sterk veranderende omgeving kunnen beïnvloeden, doet men dat ook steeds vaker via netwerken. Dit denken zie je ook terug bij de overheid, die bijvoorbeeld in de zorg zeer sterk inzet op het ‘regiodenken’, bijvoorbeeld met subsidieregelingen. Met het consolideren van netwerken, komen we in een volgende fase terecht. Ook netwerken kenmerken zich door enige mate van structuur.
De remmende werking van structuur
Wat doen structuren? Ze bakenen af, geven focus, brengen ordening aan. Ik merk dat wanneer netwerken op elkaars terrein komen, er bijna automatisch een reflex van afbakenen ontstaat: wie is waarvan, waar stopt verantwoordelijkheid, en waar begint die? Daarbij raakt de vraag ‘wat is hier te doen’, met alle goede bedoelingen, naar de achtergrond. Dan dienen structuren ‘the why’ niet meer, ze werken remmend of zelfs destructief; er ontstaan bijvoorbeeld conflicten die gaan over de structuur en niet over de why: de verstoorde relatie is geen vruchtbare grond voor verdere samenwerking en ‘the why’ raakt uit beeld.
Experimenteren met (net)werken vanuit ‘the why’
In mijn dagelijkse praktijk ben ik met de gedachte van cocreatie tussen netwerken aan de slag gegaan en ik deel graag mijn eerste ervaring. Ik ben gaan experimenteren met ‘coalities’. De definitie van coalities is: verbond van twee of meer partijen, mogendheden of staten om een gemeenschappelijk doel te bereiken. En in dat laatste ligt de crux. Het gaat niet om structuren, maar om: welk doel hebben wij gemeen? Als dat helder is, moet er een en ander afgesproken worden over hoe wat en wie (structuur); maar dan wel duidelijk gelieerd aan een doel.
Mijn ervaring leert dat je het beste begint met: wat kunnen we samen bereiken? En daarbij wie gaat waarover in eerste instantie buiten beschouwing laten. Vervolgens daar een kleine concrete stap in te formuleren, bij voorkeur dichtbij wat er leeft in het primair proces. In de zorg, in het primair proces, is het simpelweg de patiënt en de zorgverlener. Dat daar op de achtergrond twee, drie, of vier netwerken bij betrokken zijn…. Dat zal hen een zorg zijn. En ze hebben gelijk! Hoe kleiner het is, hoe dichter bij de essentie. Als dan een heel concreet initiatief door meerdere netwerken gedragen wordt, ga dan pas in structuren denken. Want die structuren dienen dan daadwerkelijk de bedoeling.
Een voorbeeld uit mijn eigen praktijk
Door een coalitie te vormen met drie verschillende regionale netwerkorganisaties kon er een project opstarten dat moet leiden tot een regionale flexibele schil van gespecialiseerde verpleegkundigen, waarbij één netwerk in the lead is, en de anderen hun aandeel leveren in de zin van expertise, mankracht, subsidie en het openstellen van hun netwerk om stakeholders te betrekken.
Nog mooier, wanneer netwerken een idee van de werkvloer oppikken, en mee helpen vormgeven. In de casus van de flexibele schil, waren er enkele leidinggevenden uit verschillende ziekenhuizen die elkaar vonden op het idee van een ‘flexpool’ en er was een verpleegkundige die heel graag eens als pilot tijdelijk in een ander ziekenhuis wilde werken. De ervaring van die verpleegkundige en het idee van deze leidinggevende hebben we vleugels kunnen geven door er middelen en know-how aan toe te voegen.
Lessons learned
Wat heb ik van het experimenteren geleerd?
Les 1: ken elkaar. Drink koffie, wissel uit, leer van elkaar. Het klinkt zo simpel, maar in gestructureerde agenda’s vol overleggen, is daar weinig tijd voor. In al onze efficiënte planningen en drukte, hollen we elkaar voorbij.
Les 2: durf te vragen. Soms zijn er hele concrete mogelijkheden, maar past het bij geen van de netwerken 100%. Is er dan een gezamenlijk ‘ja maar dit moet gewoon gebeuren’ mogelijk? Waarbij je afstemt wie wat levert? De vraag stellen is de eerste stap.
Les 3: sluit zoveel mogelijk aan bij bestaande structuren en ga het niet dunnetjes overdoen. Structuur is er in ons Nederlandse landschap echt meer dan voldoende; als het niet helemaal precies past, doe het er gewoon mee.
Les 4: Reflecteer gezamenlijk als coalitie. We zijn buiten onze comfortzone. Dan is het extra belangrijk om af en toe terug te blikken, hoe gaat het in onze coalitie? Levert het voldoende op? En wat doen we met deze inzichten voor de toekomst?
Doorpraten?
Ik ben zelf nog volop aan het leren en ontdekken. Sommige dingen lukken, veel dingen niet. Ik ben benieuwd naar andere ervaringen met (coalities van) netwerken vanuit de why. Heb jij die, dan kom ik graag met je in contact!
Dit artikel verscheen ook op de website van Bosman & Vos.